Categorie: In de media

In de media

In de media

Bloeddorst #2 is ruimschoots besproken en gerecenseerd in de media. Hieronder een selectie van artikelen, interviews en recensies.

Bloeddorst #2 – Horror leeft in de Nederlandstalige strip
9e Kunst (31 oktober 2025)

Gerrit Willemse

Dorst verzadigd of smaakt naar meer?
De Nachtvlinders (15 november 2025)

Het Verhoor: Bloeddorst #2
interview in Pulp Deluxe (2 november 2025)

Strip Glossy, voorpublicatie van ‘Poldergeist’
1 november 2025


Bloeddorst #2: Huiveringwekkend
Filmkrant (29 oktober 2025)

Pulp en poëzie ****
Schokkend Nieuws #176
(okt/nov 2025)

Dubbelrecensie.
NRC (29 oktober 2025)

Ontsporing in het stripwezen
De Volkskrant (1 november 2025)

Horror gaat niet alleen over slashen
Het Parool (4 oktober 2025)

Stripbundel vol verrukkelijke polderhorror
De Telegraaf (10 oktober 2025)

Horror als vaccin
Artikel en voorpublicatie ‘Zielig’
Zone 5300 #138 (najaar 2025)

Floor de Goede in Bloeddorst #2 In de media

Ontsporing in het stripwezen

De langverwachte opvolger van horrorbundel Bloeddorst is volgens de makers ‘nog zieker en verontrustender’ dan het origineel. Dat is in dit genre niet per se een negatieve kwalificatie.

Joost Pollmann, De Volkskrant, zaterdag 1 november 2025

‘Ik heb helemaal geen verstand van stripboeken’, zegt filmregisseur Martin Koolhoven in het voorwoord van een stripboek.
Het gaat om Bloeddorst #2, een bundeling van korte horrorverhalen die voor een deel zijn voortgekomen uit ‘samenzweringen’ tussen tekenaars en filmers. Vandaar zijn voorwoord dus. Koolhoven schrijft dat Nederland helaas geen narratieve horrortraditie heeft, in film noch strip, en dat het dus maar goed is dat Bloeddorst #2 is verschenen, de langverwachte opvolger vanhet eerstedeel uit 2007.

De nieuwe uitgave zou ‘dikker, enger en nóg verontrustender’ dan wel ‘zieker en grensverleggender’ zijn. Klopt dat? Getalsmatig wel. In het eerste deel kwamen acht onthoofdingen voor, twee scalperingen en elf soorten verminking of ontbinding. In het tweede deel is de score tien onthoofdingen (inclusief die van een pekingeend), één scalpering en tien soorten lichamelijk verval.

Verwurging of penetratie door een inktvisachtig tentakel zien we wel iets frequenter in het tweede deel.

‘Ziek’ en ‘verontrustend’ zijn in het horrorgenre geen negatieve kwalificaties. ‘Onsmakelijk’ evenmin – gore heet al dat bloedvergieten in het Engels, wat misschien niet toevallig lijkt op ons goor. Toch heeft het getekende en groteske geweld zijn eigen esthetiek, omdat het grafisch gezien heel interessant kan zijn.

Floor de Goede in Bloeddorst #2
Floor de Goede in Bloeddorst #2

Adrenalinekick

Om de aantrekkingskracht van horror als amusement te verklaren verwijst Koolhoven naar de Griekse filosoof Aristoteles, die meende dat er een emotionele loutering optreedt wanneer verdriet, medelijden en angst in verhaalvorm worden opgeroepen: de veelgeroemde katharsis. Volgens tekenaar en horrorjunkie Menno Kooistra, die de beide delen van Bloeddorst heeft samengesteld en uitgegeven, gaat het vooral om de adrenalinekick:

‘Het is de fysieke en mentale reactie, het bang worden, schrikken, kippenvel krijgen en eigenlijk niet wíllen kijken, maar toch doen. Daarnaast laat horror ons nieuwe ervaringen opdoen; apocalyptische horrorfilms laten ons bijvoorbeeld alternatieve realiteiten beleven, en zombie- of alieninvasies openen een wereld van mogelijkheden. Het is fascinerend om de donkere kant van de menselijke psyche te exploreren!’

Maar juist die verkenning van het kwaad in onze eigen geest heeft vaak voor weerstand gezorgd. In de Verenigde Staten verschenen in de vroege jaren 50 van de vorige eeuw veelgelezen comicreeksen zoals Tales from the Crypt, The Vault of Horror en The Haunt of Fear, waarin de moorddadigste plots zeer expliciet werden weergegeven.

De oplagecijfers liepen in de honderdduizenden, totdat ook de statistieken van de jeugdcriminaliteit begonnen op te lopen en er werd beweerd dat die twee trends met elkaar te maken hadden. In 1954 publiceerde kinderpsychiater Fredric Wertham zijn beruchte boek Seduction of the Innocent, waarin hij de aanval opende op verderfelijke strips. ‘Stripboeken zijn anti-educatief’, schreef hij, en ‘schadelijk voor kinderen vanuit het oogpunt van volksgezondheid en mentale hygiëne, om nog maar te zwijgen van alledaags fatsoen.’

Halverwege zijn boek zitten zestien pagina’s met afbeeldingen van al dat onfatsoen (een ijspriem vlak bij een opengesperd oog, een close-up van het hoofd van een gehangene), en Werthams betoog sorteerde al snel het gewenste effect. De betrokken uitgevers riepen vrijwillig een Comics Code Authority in het leven, die via zelfregulering moest zorgen voor minder ontsporingen in het stripwezen.

‘Slaap zacht’ is getekend door Bart Sparnaaij en geschreven door Peet Gelderblom.

Sfeervol zwart-wit

Twee tijdschriften die zich niet aan die zelfcensuurcode hielden, waren Creepy en Eerie uit de jaren 60, die Menno Kooistra heeft gebruikt als inspiratiebron voor Bloeddorst: deels vanwege hun eigenzinnigheid, maar ook omdat ‘ze zo sfeervol zwart-wit waren’.

Daarom zijn de verhalen in Bloeddorst #2 ook in zwart en wit. Wel een beetje jammer dat uitgerekend in zo’n bloederige uitgave als deze de kleur rood alleen op het omslag te zien is, maar misschien moet je er blij mee zijn.

Filmmaker Nina Noël Raaijmakers (Mijn moeder de atoombom) werd gekoppeld aan stripmaker Floor de Goede (Dansen op de vulkaan); samen maakten zij ‘Doorligplekken’, een verhaal waarin een mantelzorger wordt opgeslorpt door het wegrottende lichaam van zijn patiënte. In grijstonen is dat proces beter te verdragen dan in full colour.

Welbeschouwd is de bijdrage van Raaijmakers en De Goede een parodie op het horrorgenre. Die satirische benadering past prima bij de nuchtere Nederlander. Het grappigste verhaal in Bloeddorst #2 is ‘Poldergeist’ van scenarist Bas Schuddeboom en tekenaar Michiel Offerman (een verwijzing naar de klassieke griezelfilm Poltergeist uit 1982). Het speelt zich af aan het begin van de 19de eeuw, toen de Hollandse polders werden drooggelegd met behulp van windmolens.

De molensteen in een van die molens is behekst door boze waternimfen en moet geregeld worden gevoerd met ‘onschuldige schepsels God’ uit de omgeving, bijvoorbeeld een eend en een rat. Als het onweert en de bliksem inslaat, vormt de molensteen van eend en rat samen een nieuwe en monsterlijke diersoort: boerderijdieren van Frankenstein.

Bloeddorst #2 – Verontrustende stripverhalen van eigen bodem. Samengesteld door Menno Kooistra. Bloeddorst; 160 pagina’s; € 35.

Bloeddorst #2 in De Telegraaf, 10 oktober 2025 In de media

Stripbundel vol verrukkelijke polderhorror

Bloeddorst #2 in De Telegraaf, 10 oktober 2025
Bloeddorst #2 in De Telegraaf, 10 oktober 2025

De Telegraaf 10 oktober 2025, door Eric le Duc

Huiveringwekkend goed nieuws voor alle griezelfanaten en stripliefhebbers. Achttien jaar na de allereerste Bloeddorst is deze legendarische horrorstripbundel eindelijk uit het graf herrezen met een vervolg. En ook Bloeddorst #2 -met Film als centraal thema- is weer een verrukkelijk stripboek geworden met 160 pagina’s vol verontrustende, enge en heerlijk zieke horror.

„Eigenlijk liep ik al veel langer rond met plannen voor een tweede deel”, aldus striptekenaar, bedenker en samensteller van Bloeddorst Menno Kooistra. Maar met trouwen, kinderen, scheiden en verhuizen kwam het leven ertussen.” Totdat filmregisseur en genreliefhebber Martin Koolhoven (‘Oorlogswinter’, ‘Brimstone’) hem aanspoorde tóch een vervolg te maken.

Met een crowdfundactie werd achttienduizend euro opgehaald waarna Kooistra en Koolhoven de tekenaars en scenarioschrijvers bij elkaar zochten. En zo is het smullen van liefst 25 ijzingwekkende zwart-witstrips die met een voorwoord worden ingeleid door Koolhoven zelf. „Het is onbegrijpelijk dat horror zo’n bescheiden plek inneemt in de Nederlandse narratieve traditie. Want wie ons verleden kent, ziet dat er genoeg voedingsbodem is.”

Zelf schreef Koolhoven ‘De Man en De Wolf’, twee griezelverhalen over schuldgevoel die fraai werden geïllustreerd door Ludwin Schouten. Ate de Jong droeg eveneens bij. De regisseur van ‘Een vlucht regenwulpen’ maakte met striptekenaar Maarten Gerritsen ‘Hellcop’. In deze spin-off van zijn eigen ‘Highway to hell’ rekent de cineast af met de onuitstaanbare hoofdrolspeelster uit zijn Amerikaanse culthorrorfilm: Kristy Swanson. En natuurlijk ontbreekt ook Nederlands eigen ‘Mr. Horror’ Jan Doense niet. De filmmaker en festivalorganisator jaagt samen met illustrator Ralf van der Hoeven de stuipen op het lijf met een vervolg op zijn R.I.P., een horrorvertelling waarin een gestorven man zijn nog levende vrouw komt halen.

“Daarnaast worden ook actuele en urgente zaken aangestipt als vrouwenhaat, het patriarchaat, kunstmatige intelligentie en de druk in de zorg”, besluit Kooistra. „Zo wil de bundel een vaccin zijn tegen de harde wereld waarin we nu leven. Want als je je angsten traint, kun je er weer fris en bewapend tegenaan.”

Bloeddorst #2 Het Parool, 4 oktober 2025 In de media

‘Horror gaat niet alleen over slashen’

Horrorstripbundel ‘Bloeddorst’ heeft een vervolg, met werk van Thé Tjong-Khing: ‘Dit is gewoon échte horror’

Na achttien jaar heeft horrorstripbundel Bloeddorst een vervolg. Nieuwe en doorgewinterde horrorfans kunnen hun borst natmaken: de makers beloven echt enge horror: ‘Dit boek is niet jolig of cartoonesk meer.’
Het Parool, zaterdag 4 oktober 2025, Janne van den Bos

Bloeddorst #2 Het Parool, 4 oktober 2025
Bloeddorst #2 Het Parool, 4 oktober 2025

“Noem maar eens een goede horrorfilm van Nederlandse bodem,” zegt Menno Kooistra, striptekenaar en bedenker van Bloeddorst. Bloeddorst is een boek met korte horrorstrips; het thema van het tweede deel is film. “De films zijn er, maar ze zijn op één hand te tellen. Vaak zijn het eigenlijk ook thrillers, geen echte horror.”

Kooistra maakte Bloeddorst met striptekenaar Maarten Janssens om Nederlandse horror op de kaart te zetten. Het eerste deel werd achttien jaar geleden goed ontvangen: er waren gelijk plannen voor een vervolg, maar dat kwam er niet van. Kooistra: “We dachten aan een spin-off, of een soort interactieve online versie, maar het leven kwam ertussen; kinderen, trouwen, scheiden, verhuizen. Ik dacht dat het niet meer zou lukken.”

Maar filmregisseur Martin Koolhoven, groot fan van de eerste Bloeddorst en organisator van horroravonden, bleef aandringen bij Kooistra. “Ik vroeg hem waarom hij het niet gewoon ging doen,” zegt Koolhoven. Zo is het balletje na bijna twee decennia weer gaan rollen: ‘Het is bloody time,’ staat er op de openingspagina.

Nederlands talent

Kooistra wilde het boek helemaal zelf uitgeven en zette via Voordekunst een crowdfundingsactie op, waarmee meer dan achttienduizend euro werd opgehaald. Koolhoven hielp met het bij elkaar brengen van tekenaars en scenarioschrijvers. “Er is veel talent in Nederland op schrijf- en filmgebied; dat hebben we gecombineerd.”

“Strip was vroeger heel groot in Nederland, maar met de komst van internet en games is dat helemaal verdwenen,” zegt Kooistra. “Comics – van die Amerikaanse superheldenstrips – en manga zijn nog wel populair, maar de ouderwetse, westerse zwart-witstrip niet meer. Met Bloeddorst verwijzen we een beetje naar de Amerikaanse Creepy Magazines uit de jaren zeventig en tachtig; die waren ook underground en pulpy.”

Kooistra hoopt met de kleurloze tekeningen de oude fan te bereiken, maar juist ook een fris publiek. De strips in de bundel laten zien dat het horrorgenre breed is. “Horror is niet alleen maar slashen en bijlen. Psychologische horror, traumaverwerking of een spookverhaal vallen ook allemaal in deze categorie.” Bloeddorst is dus ook interessant voor lezers die niet per se van bloed houden, maar wel van spanning. Koolhoven: “Er zit ook een poëtische kant aan veel verhalen.”

“Na het eerste deel is Bloeddorst 2 echt volwassen geworden. Het is niet meer jolig of cartoonesk, maar bittere ernst en no-nonsense. Gewoon echt horror,” zegt Kooistra. De bundel is honderdzestig pagina’s dik en bevat vijfentwintig verschillende verhalen van onder andere filmmakers Ate de Jong en Jan Doense.

Griezelige tanden

De Jong maakte met striptekenaar Maarten Gerritsen Hellcop, een spin-off van de Amerikaanse horrorfilm Highway to Hell, die hij in de jaren negentig regisseerde. Doense maakte met illustrator Ralf van der Hoeven een vervolg op zijn korte horrorkomedie R.I.P. van het begin van deze eeuw. Hierin wordt zonder woorden het verhaal verteld van een vrouw die haar gestorven man achterna gaat. Koolhoven schreef voor de nieuwe Bloeddorst twee scenario’s over schuldgevoel. Met die verhalen, De Man en De Wolf, wordt de bundel geopend en afgesloten.

Meesterillustrator Thé Tjong-Khing leverde ook een bijdrage: hij maakte voorin een tekening van Rita Slayworth, een interpretatie van de Amerikaanse actrice en danseres Rita Hayworth, met een zielloze blik en griezelig grote tanden. Kooistra vertelt dat hij hier misschien wel het meest trots op is.

Het is opvallend dat striptekenaar Kooistra zelf geen strip heeft aangeleverd. Hij maakte slechts de coverillustratie. “Ik vind mezelf niet goed genoeg voor deze bundel, omdat ik te cartoonesk teken. Ik zou mezelf niet aannemen,” zegt hij lachend. Kooistra scoutte een groot deel van de tekenaars op stripbeurzen: “Ik zocht naar mensen die de demonen van zich af kunnen tekenen, daar zijn er veel van.”

Horror is populair

Kooistra merkt dat de vraag naar horror de afgelopen jaren groeit. “Het genre zit echt in de lift, zeker internationaal. In Nederland blijft het aanbod vooralsnog vrij klein, dus hopen wij een podium te bieden aan makers.”

Koolhoven: “Ik denk dat horror misschien wel het meest dappere genre is, omdat het met allerlei ongemakkelijkheden dealt. Het is een van de weinige echt donkere genres: het verhaal mag naar eindigen. Bij een Hollywoodfilm weet de kijker vaak al snel waar het verhaal naartoe gaat, bij horror niet. Het speelt heel erg in op gevoel.” Kooistra: “Horror is ook een beetje een vaccin in deze barre tijden; een manier om jezelf een beetje hard te maken.

Bloeddorst, Menno Kooistra en Maarten Janssens, €35, 160 blz. Te bestellen op Bloeddorst.com